De helm

De helm van Schettens valt typologisch gezien onder de gesloten Bourgondische stormhoeden. Dit helmtype vond haar oorsprong in de 16e eeuw en bestond aanvankelijk uit een Bourgondische stormhoed met een zogenaamd Hongaars vizier.[i] Dit vizier bestond uit twee of drie beweegbare stroken die als extra gezichtsbescherming aan de helm kon worden bevestigd. Het helmtype ontwikkelde zich eind 16e eeuw tot de gesloten Bourgondische stormhoed met een driedelig vizier, bestaande uit een voorhoofdsplaat (met zonneklep), een gezichtsplaat en een kinplaat.[ii]

De zuid Nederlandse schilder Sebastiaen Vrancx beeldde op zijn schilderijen zowel lansiers als kurassiers met deze helmen af. Terwijl de lichte cavalerie rond 1620 overstapt op een oosters georiënteerde helm, de zogenaamde Zischägge, blijft de gesloten Bourgondische stormhoed bij de zware cavalerie en hoge officieren nog enkele decennia in gebruik. In de zuidelijke Nederlanden en Frankrijk ontwikkelde het helmtype in deze periode eigen specifieke kenmerken. De Oosterse invloed van de zischägge met zijn radiale ribben sloeg ook over op andere helmtypen, zoals de piekenierspot[iii] en de gesloten Bourgondische stormhoed.[iv] De verhoogde helmkam verdween en werd geïntegreerd in de spits naar achter lopende ribben. Daar waar alle ribben samen kwamen, op de bovenkant van de helmbol, werd een knop bevestigd. De gezichtsplaat had rechthoekige ooguitsparingen voorzien van een dikke (kabel)rand en in het midden een omhoogstaande stang. Een grote hoeveelheid, meer dan noodzakelijk, geelkoperen klinknagels completeerde het geheel: een rijk versierde helm was het resultaat.

De helm van Schettens lijkt qua vorm goed aan te sluiten bij de hierboven beschreven helmtype. Wat echter direct opvalt is de zeer sobere uitvoering. In plaats van tientallen radiale ribben heeft dit exemplaar er slechts vier. Daar waar de vier ribben samenkomen, op de achterkant van de helmbol, zit een gat waar net als de zuid Nederlandse en Franse helmen een knop zat bevestigd. Ook is er minimaal gebruik gemaakt van geelkoperen klinknagels als versiering. Hoewel de helm qua vorm veel weg heeft van vergelijkbare Vlaamse en Franse exemplaren, sluit het qua stijlkenmerken beter aan bij het werk van de noord Nederlandse harnasmakers.

Specificaties van de helm

Herkomst: Hervormde kerk Schettens (Fr)

Typologie: Gesloten Bourgondische stormhoed

Datering: 1620-1637

Vervaardigingsland: Nederlanden of Frankrijk

Gewicht: 5.6 kg

Gesloten Bourgondische stormhoed met een driedelig vizier. De helmketel is vervaardigd uit twee aan elkaar gesmede helften. De aanhechting tussen de twee delen wordt niet zoals gebruikelijk gevormd door een helmkam, maar in plaats daarvan loopt er een brede, verticale baan met ingekerfde diagonale lijnen van de voor- naar de achterzijde van de helmbol. Vanuit de bevestigingspunten voor het vizier loopt nog brede horizontale baan over de achterkant van de helmbol. Daar waar de verticale en horizontale banen elkaar kruisen zit een rond gaatje. Van het zijaanzicht loopt de helm op dit kruispunt spits toe met een eivormig uiterlijk tot resultaat. De achterzijde is voorzien van een pluimkoker. Onder, aan weerszijden van de helmketel, zitten klinknagels met kruisvormige versiering geklonken. Aan beide zijden zijn hier nog leerresten aanwezig van de riem waarmee het totale vizier vast gezet werd aan de rest van de helm. De helmketel is aan de onderkant naar buiten gebogen zodat een nekrand ontstaat. Aan de nekrand is een ringkraag uit twee delen bevestigd (voor- en achterzijde). De bovenzijde van de helmbol heeft aan weerszijde twee deuken (oude valschade).

Aan weerszijden van de helmketel is een driedelig, naar boven scharnierend vizier geklonken, bestaande uit:
a. een voorhoofdsplaat met middengraat en voorzien van een helmklep. Deze laatste is door beschadiging verbogen.
b. een, aan de onderzijde gepunte, gezichtsplaat met middengraat en aan de bovenzijde twee rechtshoekige ooguitsparingen met in het midden een naar boven gerichte kleine stang. De onderzijde van de ooguitsparingen is met een verdikte rand afgewerkt. Aan de rechterkant is de onderzijde van de gezichtsplaat voorzien van drie gezaagde inkepingen, ten behoeve van een hefpal. Op deze plaats zit ook een oog ten behoeve van een haak.
c. een kinplaat die aan de onderzijde is omgebogen tot een brede, enigszins naar beneden gerichte halsrand waaraan het voorste deel van de ringkraag is bevestigd en aan de rechterzijde een draaibare haak die past in het voorgenoemde oog ter vergrendeling van de gezichtsplaat. Aan deze zijde zit ook een extra klinknagel waaraan ooit de hefpal heeft gezeten.

Op de gehele helm zijn ter versiering twee of drie evenwijdig getrokken lijnen aangebracht. Op verschillende delen van de helm zijn klinknagels aanwezig. De exemplaren op de ringkraag bevatten nog leerresten. De achterkant van de helmbol heeft aan de linker onderzijde een kleine ronde inslag. Dit betreft een zogenaamde een musketproef, een keurmerk om te bewijzen dat het bestand was tegen vuurwapens.

[i]                 Blair, C., ‘European armour. Circa 1066 to circa 1700’,  (1958), pp. 136

[ii]                Idem, pp. 150

[iii]               Royal Armouries, inventorynumber IV.503 and Dutch National Military Museum, inventorynumber 059581.

[iv]               Some fine examples are to be found in the Rijksmuseum (NG-NM-537), Metropolitan Museum (09.167), Livrustkammaren (22400) and Philadelphia Museum of Art (1977-167-34).

Zijaanzicht van de helm met in de rode cirkel de zogeheten musketproef (Jeroen Punt, Nationaal Militair Museum)

Links de afbeelding van de helm op de grafsteen, links de helm van Schelte van Aysma (Jeroen Punt, Nationaal Militair Museum)

De oude locatie waar de helm en de rapierkling tot 2015 hingen (Jeroen Punt, Nationaal Militair Museum)