Leerdam / Acquoy
Titel De zwanendrift
Auteur R. v.d. Berg
Type materiaal Artikel (krant/tijdschrift/boek)
Taal Nederlands
Opgenomen in In : Mededelingen van de Historische Kring West-Betuwe : 4 (1976) nr.2, 10-12
10
De zwanendrift.
[……..]
Was dit recht ook in onze streken bekend?
In het archief van de Nassause Domeinraad vond ik onder Buren de volgende brief:
“Eerbaren en frommen Walich Gherits, rentmeester ons Genedigen Meeren Graaf van Buren, mijn besondere waarde
lief swager. Ghij sult weten, als dat onsz Graaf van Buren begeert op mij, als dat ick aen U sol scrijven, dat ghij un Donderdoch
naestcomende sende sol hier tot Buren enen levenden swaen, off kon dij gheen levendich crijgen, so en laet
niet; hij en ijss hier un fridach ’s avonts—— een goeden eenjarige swaen, die goet ijss”.
De rest van de brief gaat over familie aangelegenheden van de ondertekenaar: Heer Jan Gijsberts van IJsendoorn.
Een datum ontbreekt, maar de brief moet geschreven zijn tussen 1515 en 1541, daar Walich Gherits in die jaren
rentmeester was van de graaf van Buren te Leerdam. Uit deze brief blijkt dus, dat de graaf van Buren zijn
recht op zwanendrift uitoefende in de omgeving van Leerdam, maar dat kan heel goed in het lage land van
Acquoy zijn geweest. Immers Acquoy behoorde toen ook tot het graafschap Leerdam. De rekeningen maken over
dit recht geen onderscheid tussen Leerdam en Acquoy. De graaf van Buren hield deze zwanen niet alleen voor
eigen tafelgenoegens. Frederik van Egmond bleek ieder jaar 6 jonge zwanen te geven aan de broederschap van
Onze Lieve Vrouwe te ’s Hertogenbosch. Ook de schutterij te Leerdam werd er mee vereerd. In 1539 vonden we
vermeld, dat deze schutterij op Vastenavond in de herberg van Frank Peters aldaar “de zwaan at” op de jaarlijkse
toogdag en voor de kosten van het drinkgelag 5 gulden ontving. vrouwen kregen toen 10 kannen wijn op rekening van Floris van Egmond.
Het was niet voor het eerst,(dat deze uitgave gedaan werd, maar de rekening vermeldde, dat dit gebeurde naar oude hercomen,
dus naar ouder gewoonte. Het was een vast recht geworden. In later tijden is blijkbaar de zwaan van het toneel verdwenen,
maar de 5 gulden, later 6 gulden, voor het schuttersfeest bleef bestaan. De zorg voor het houden van de zwanen strekte, zich behoorlijk ver uit.
Zo werd aan Evert Peters Maes (een familienaam, die toen onder Acquoy nogal voor kwam) in 1621 een
bedrag van 4 gulden 10 stuivers betaald, omdat hij in de herfst van dat jaar verschillende dagen met enkele mensen
bezig was geweest de jonge zwanen te vangen en te kortwieken. En Pauwei Hendricxs moet zorgen voor het hakken*
van de bijten en het openhouden er van. Hij moet ook zorgen, dat ze bij elkaar bleven en gemakkelijk gevangen
konden worden. En bovendien ze goed voeren. In die winter kregen de zwanen 32 schepel haver a 15 stuivers per
schepel. De zwaandrift was dus niet goedkoop en de graaf van Buren kon er zich op laten voorstaan, dat hij goede
jonge zwanen kon aan bieden. Wat ook wel blijkt uit de genoemde brief, waarin wel tweemaal er op gewezen wordt,
dat het een goede zwaan moet zijn. Ook in latere jaren vinden we nog aanwijzingen over het
houden der zwanen, want in 1618 betaalt de rentmeester aan Cornelis Cornelisse 9 gulden, omdat deze aan prins
Maurits in Den Haag zwanen en wildbraad moeten brengen. De zwanendrift werd door de Oranjes als heerlijk recht
nog uitgeoefend in 1793, wat blijkt uit een post van 12 gulden voor het oppassen van de zwanen. Met de franse
revolutie zijn deze heerlijke rechten verdwenen. De zwanen zelf bleven echter.
R. v.d. Berg.
Kenmerken
Omschrijving | Leerdam / Acquoy |
Plaatsnaam / dorp | Leerdam / Acquoy |
Nummer | 298 |
Land | Nederland |
Provincie | Zuid-Holland |
Gebied | Onbekend |
Grietenij | ZUIDHOLLAND |
Type | Zwanendrift |
Zwanenhalsband | - |
Datering | 1515-1541 |
Afbeeldingen | - |