Joost Maurits Hanecroth

E-mail van Oebele Vries dd 1-1-2021:

Voor de tweede zoon, Joost Maurits, was wél een carrière als officier weggelegd en wel, tenminste op het eerste oog, een zeer succesvolle. Hij begon in 1696 als vaandrig in de compagnie van kapitein Vegelin, waarna hij al in 1698 opklom tot luitenant van een compagnie cavalerie. Nog weer drie jaar later was hij al ritmeester. Daarna is het met hem evenwel al snel mis gegaan. Op 23 mei 1703 stelden Gedeputeerde Staten vast dat hij zich de vorige dag nog in Leeuwarden had opgehouden, terwijl hem al bij resolutie van 4 mei, die hem persoonlijk was voorgelezen, was opgedragen naar zijn compagnie op garnizoen te vertrekken. Verder waren er bij het college klachten binnengekomen over de slechte toestand en incompleetheid van zijn compagnie. Om deze en andere redenen, zo heet het in de resolutie van 23 mei, ‘casseerden’ Gedeputeerde Staten ritmeester Hanecroth. Anders gezegd: zij verleenden hem onvrijwillig ontslag. Hierna horen wij nog één keer van hem. Blijkens een verderop nog ter sprake komende verklaring uit 1708 bevond hij zich op dat moment in Portugal (dat in de toen woedende Spaanse Successieoorlog aan dezelfde kant stond als de Republiek).